Posts tonen met het label dood. Alle posts tonen
Posts tonen met het label dood. Alle posts tonen

woensdag 11 april 2012

Gewenning

Zou het wennen, het idee dat je doodgaat?
De eerste weken leek het leven compleet tot stilstand te zijn gekomen en was er nauwelijks een gesprek mogelijk met vrienden en vriendinnen zonder dat iemand in huilen uitbarstte. Het hoogst haalbare was een droog gesprek, maar dan moest er zo hard gevochten worden tegen de tranen dat er niet tegelijkertijd een zinnig gesprek gevoerd kon worden.
Afscheidskussen werden stevige omhelzingen, stevige omhelzingen werden liefdesverklaringen en elke keer als iemand was vertrokken, had ik het gevoel dat degene die weg was, dacht dat hij of zij mij waarschijnlijk nooit meer zou zien. Althans, niet in levende lijve. En misschien dacht ik dat zelf ook wel, al had ik door mijn tranen heen geroepen: als je terug komt van vakantie ben ik er heus nog wel hoor!
’s Avonds in bed suisten mijn oren, bonkte mijn hart alsof het een bovenmenselijke krachtsinspanning leverde en kon ik nauwelijks slikken door een brok paniek in mijn keel. Alleen een slaappil kon de denderende trein in mijn hoofd tot stilstand brengen.

Na een korte vakantie, voor het eerst in maanden weer eens alleen met zijn vijven, is er een beetje rust in ons gezin gekomen. Het zwaard van Damocles bungelt nog altijd boven ons hoofd maar het lukt nu om behalve het zwaard ook weer andere dingen te zien. Een boek te lezen. Gewoon buiten wandelen. Niet meer panisch mijn spullen uitzoeken, foto’s inplakken en teksten sorteren voor het geval het (lees: mijn leven) plotseling over is (nu ben ik gewoon op een recreatief tempo al die dingen aan het doen). Niet meer dramatisch bij elke gebeurtenis denken dat het de laatste keer is. Al zat ik vorige week huilend bij de jaarlijkse traditionele hoedenshow van groep 8 waar Valentijn een bijzonder fraaie zelfgemaakte iHat showde; ik zat toch stiekem uit te rekenen hoe lang ik nog moet leven om ook nog de hoed van Swip (een jaar) en die van Lulu (vijf jaar) te kunnen zien. Straks bij de slotmusical is er natuurlijk helemaal geen houden meer aan.

Een vriend zei me pas dat hij ook weer een beetje zijn leven heeft opgepakt. Het leven gaat verder, we moeten gewoon door. Al zei hij ook dat het idee dat ik doodga, nog steeds iets is waar aan hij niet gewend raakt.

Het went ook eigenlijk helemaal niet. Het hele idee is een beetje naar de achtergrond geschoven. Wat went is de schrik. De scherpe randjes zijn van de paniek af, het zoutste verdriet is uit de tranen. Maar wennen aan doodgaan, dat zal ik zo lang ik leef niet.

maandag 16 januari 2012

Setty

Sommige mensen zeggen tegen me dat ze het niet zouden aankunnen, de situatie waar ik in zit.
Eerlijk gezegd is dat wat ik drie maanden geleden ook zou hebben gezegd, en het is precies wat ik dacht toen we bij het eerste slecht nieuws gesprek vandaan kwamen: dit kan ik niet aan.

Het is moeilijk je voor te stellen hoe sommige dingen of situaties zullen zijn, als ze er niet of nog niet zijn. Zeker als het situaties zijn die je je helemaal niet wilt hoeven voorstellen. Hoe voelt het om met je hand door een spijker te vallen? Hoe is het als je thuis komt, en je huis is tot de grond afgebrand? Hoe voelt het als je door het ijs zakt en niet meer weet of je naar licht of donker moet zwemmen?

Toen ik zestien was, gebeurde er op de weg voor ons huis een ongeluk. Een harde klap en daarna stilte. Er was een omstreden vluchtheuvel op het midden van de Kruisweg: sinds dat heuveltje geplaatst was, waren er al diverse automobilisten tegen het paaltje gereden. Deze keer was de klap zo hard dat ik naar buiten ging om te kijken. Er stonden al veel mensen te kijken.
Ik zag een rode Volvo stationcar op de weg, met ingedeukte voorkant. De bestuurster zat nog voorin. Een tweede auto, zwaar gehavend, lag half in de sloot naast de weg. De zwaailichten van de ambulances weerspiegelden in het water en schenen over de gezichten van de toeschouwers. Er werd iemand in de ambulance gelegd.
Naast  de sloot, tussen de bomen aan de waterkant, lagen twee zwarte zakken. Het soort zakken ik wel eens op tv bij detective-series had gezien, body bags. Dode mensen.
Een van de toeschouwers zei dat er in de auto een moeder met drie kinderen had gezeten. Ik probeerde me voor te stellen hoe erg dat was: een moeder met haar kinderen dood. Hoe dramatisch het ook klonk, ik kon er niet om huilen. Niet om die hopeloos verfrommelde goudkleurige auto en niet om die twee lijkzakken. Ik vroeg me af of ik er wel om zou kunnen huilen als het iemand zou zijn die ik kende.
Verward lag ik hier even later in mijn bed over na te denken.

De volgende dag belde mijn vriendin I. om te vragen of ik van het ongeluk had gehoord. Ik begon al te vertellen wat ik had gezien  – recht voor onze deur! Ik hoorde een keiharde klap! De Ford Mustang was total loss – toen ze me vertelde dat een meisje uit onze klas in die auto had gezeten. Niet met haar moeder, maar met haar kleine broertje en zusje, en haar oudste zus achter het stuur. Ik ging op de trap zitten en was stil.
In een van die zwarte zakken aan de waterkant had Setty gelegen.
En daar was het antwoord op mijn vraag: ja, daar zou ik heel erg hard om kunnen huilen, als het iemand was die ik kende. Vreselijk hard zelfs, daar op de trap.

Sommige dingen kun je je niet voorstellen, andere dingen wil je je niet voorstellen. En weer andere dingen, die dringen zich opeens op als werkelijkheid en dan kun je je niet meer voorstellen dat het ooit anders was.

woensdag 11 januari 2012

15 januari

Ik ben in een straat met wat mensen, Hedda en Ilma zijn er ook. Er staat een auto geparkeerd.
De bestuurder trekt een kap – of is het een bivakmuts? – half over zijn hoofd. Hij is duidelijk van plan iets te doen, misschien een overval of wellicht is hij de bestuurder van de vluchtauto.
We lopen naar een rij tafels die buiten op straat staat en pakken onze schriftjes en schrijven het kenteken van de auto op. De auto begint te rijden en rijdt op tot vlak voor de tafels. We doen alsof we heel andere dingen doen dan kentekens opschrijven.
Hij vraagt iemand welke het dag het is.
'15 januari' antwoordt iemand.
'Een mooie dag om te sterven' zegt de bestuurder en hij schiet degene die antwoord gaf dood.
Dan kijkt hij opeens naar mij.
Mijn keel voelt alsof hij dichtgeknepen wordt.
De bestuurder is dikkig en heeft een dun snorretje. Hij is lelijk. Hij kijkt me doordringend aan.
Ik probeer weer uit alle macht te laten merken dat ik niet bezig ben te proberen zijn nummerbord en zijn gezicht te onthouden, maar hij kijkt alsof hij me doorheeft.
Hij vraagt welke dag het is.
Koude paniek om mijn hart, niet díe vraag!
Zonder op mijn antwoord te wachten schiet hij me door mijn voorhoofd.
Ik val.
Ik heb geen pijn, ik voel niets. 
Dat is een slecht teken vinden de omstanders. Als ik pijn zou hebben, zou ik het misschien overleven.
Ik voel me een beetje high worden, het is wel prettig.
Ilma en Hedda zitten naast me. Ik mopper tegen ze dat de bestuurder niet eens mijn antwoord heeft afgewacht! Ze moeten tegen Klaas zeggen dat ik heel veel van hem houd.
Dan vraag ik of iemand mijn hand wil vasthouden de laatste momenten.
Ik begin me zelfs een beetje te verheugen; ik vind het spannend en hoop snel antwoorden te krijgen op allerlei vragen over het leven.
Maar het echte doodgaan komt niet. 
Klaas is er opeens, en heel veel andere mensen en ik wil naar de eerste hulp. Iemand zal ons binnensmokkelen – verkleed, want we moeten nog steeds oppassen voor de bestuurder.

donderdag 5 januari 2012

Bibian rocks

Er zijn ook veel leuke dingen die op je pad komen als je ongeneeslijk ziek bent. Echt! Nu ik me fris en monter voel in het korte chemovrije stukje tussen de kuren, zie ik het heel duidelijk: zelfs in deze moeilijke periode maak ik nieuwe vrienden (of vind ik oude terug en worden goede vrienden nog betere) en voel ik bijna hoe ik groei in emotioneel opzicht. Het zal tenminste naar ik aanneem nog niet het effect zijn van de Tibetaanse mantra die I. mij gisteren heeft toevertrouwd, maar het effect van de kracht van alle liefde en steun.
Hmm, dat klinkt misschien erg klef, maar ik voel me als een ballonnetje dat wordt opgeblazen met goede gedachten, liefde en warmte. Het maakt mij lichter (en ja, ik ben de laatste twee maanden ook letterlijk een paar kilo lichter geworden door kanker, chemo en buikgriepje, maar dat bedoel ik niet).
Iemand schreef me dat ze het zo bijzonder vindt dat ik van deze rotsituatie iets waardevols maak (of dat in ieder geval probeer) maar waar het in feite op neerkomt is dat Klaas, Valentijn, Swip, Lulu en alle vrienden mijn leven waardevol maken door er in deze situatie voor me te zijn!
Ik hoop met mijn blog, met mijn verhalen en met alles wat ik nog ga doen – en ik heb nog veel plannen! – mensen aan het denken te zetten over het leven, en over hun eigen leven. Stel niet uit tot morgen wat je vandaag kunt doen. Niet uit calvinisme, maar omdat je niet weet wat morgen brengt.

Vanmiddag ben ik in de studio geweest met ons bandje Emma Peel. Klaas en drummer Alan hadden het drumstel en de versterkers al neergezet en ik hoefde alleen maar opgehaald te worden en in te pluggen. Dat is het betere rocksterrenleven! Bibian rocks.*
Het was heel vertrouwd om weer in de studio van Frans in Weesp te zijn en tegelijkertijd heel gek. Dat stomme stemmetje in mijn hoofd: geniet er maar extra van, want dit is misschien wel de laatste keer. En melodramatische gedachten: ik weet nog dat ik hier aan het opnemen was en net zwanger van Lulu.
Het was fysiek zwaar, niet in de laatste plaats omdat ik de afgelopen twee maanden nauwelijks heb gebast en bij het vijfde nummer een dikke vette blaar op mijn middelvinger had. Verder had ik het gevoel dat ik nogal gejaagd aan het spelen was – en ik dacht bij mezelf: dat komt natuurlijk omdat de dood me op de hielen zit. Ik wou dat ik mijn hoofd soms even uit kon zetten, want probeer maar eens relaxed te bassen als je dat denkt.

Klaas had het er ook erg moeilijk mee, maar dan meer op het emotionele vlak en het maakte de middag zwaar en beladen. Ik hoop dat we, als we morgenmiddag weer verder gaan, ons meer aan het spelen kunnen overgeven. En dat ik kan verdwijnen in muziek maken, want ik weet uit ervaring dat dat kan. Alles om je heen, al je zorgen, alle tijd, alles even vergeten omdat je muziek maakt. Een beetje dat gevoel als je 's ochtends net wakker wordt. Vredige en gelukzalige leegte, die heel vol en prettig voelt. Als een ballonnetje dat opstijgt.





*Swip heeft een Hyves-hyve aangemaakt: http://bi-ro.hyves.nl/


https://www.facebook.com/emmapeel.theband 


de foto's uit de serie 'bibian rocks' gemaakt door Yeb en Michiel vind je op https://www.facebook.com/media/set/?set=a.2590821964669.2123682.1078221843&type=1