Het is nog ver weg, maar ik heb een enorm zomervakantiegevoel. Ik probeer voor we vertrekken altijd zo veel mogelijk af te krijgen en het huis op te ruimen. Ik probeer ons huis te bekijken door de ogen van een ander, de oppas of zoals afgelopen zomer, ons huizenruilgezin.
Weer nieuwe opbergdozen bij de Hema kopen (waar blijven al die dozen toch?) en de boel netjes ordenen. De keukenkasten uitspitten (heb ik die koekjesspuit ooit gebruikt en moet dat vergiet met afgebroken handvaten niet eens weg? Of misschien is dat nog handig voor in de kampeerkrat?), de kledingkasten opruimen (heb ik deze rok het afgelopen decennium aangehad? – Pas ik hem überhaupt nog?) en alles netjes opvouwen (resultaat is meestal maar beperkt aantal dagen zichtbaar), kinderkleren kritisch bekijken (Valentijn past een shirt maat 110 echt niet meer en eigenlijk is er niemand in huis die het nog past).
Het levert elke zomer minstens vier vuilniszakken overbodige ballast op. Daarna het huis eens een keer grondig schoonmaken. Oók de bovenste plank in de stellingkast in de gang, en zelfs onder de ladenkast in de kinderkamer (daar is het vermiste gedroogde kikkertje!). En ondertussen nog opdrachten afmaken, mailtjes beantwoorden die al vier maanden in mijn mailbox gemarkeerd staan, mijn bureau opruimen, administratieve lijken uit mijn postbakje vissen en alsnog afhandelen (een methode is: in de prullenbak gooien en hopen dat er nooit meer iemand naar vraagt).
Soms bekroop me dan het gevoel dat het wel leek alsof ik nooit meer terug zou komen, en dat ik alles overzichtelijk en supernetjes wilde achterlaten.
Die ene week voor de zomervakantie, als we vijf of zes weken op pad gaan met zijn vijven in ons busje, dat is mijn ultieme opruim- orden- en afmaakweek.
En nu lijkt het wel alsof mijn hele leven een grote opruim- orden- en afmaakweek is.
Afgelopen week mijn klerenkast opgeruimd met vriendin H. Stapeltje wat weg kan, stapeltje voor Lulu later, stapeltje met nog nader te bepalen bestemming. Zomerjurkjes waren heikel punt. Ik zag ze, en hoopte dat ik ze allemaal nog een keer zal aantrekken, komende zomer.
Mijn dagboeken, oude agenda's, aantekeningen, kladjes, schriftjes, inspiratieknipsels, brieven, bestanden op mijn macje – normaalgesproken vroeg ik me af: is dit leuk om te bewaren en ga ik hier later nog iets mee doen? Ga ik dit later nog eens bekijken? Nu vraag ik me af wie het gaat bekijken, en of ik niet een fikse voorselectie moet maken en een heleboel moet weggooien om anderen straks een hoop werk te besparen.
Ik ruim op voor vertrek, maar ik ga helemaal nergens heen.
Wat verlang ik ernaar om straks weer bij onze tent te zitten, met Klaas en de kinderen, met minimale bagage en mijn macbookje. Misschien neem ik dat wel mee op reis, en ga ik een reisblog bijhouden.
Less is more. Behalve waar het de liefde betreft. xxx
BeantwoordenVerwijderen